donderdag 22 juli 2010

Etappe 17: Pau - Col du Tourmalet (174km)

De koninginnenrit van deze Ronde van Frankrijk is de laatste bergrit en komt aan op de hoogste en meest historische berg die dit jaar beklommen wordt: de mythische Col du Tourmalet. Na drie wat teleurstellende dagen in de Pyreneeën en een rustdag moet het hier toch écht gaan gebeuren voor alle klimmers die de tijdrit van zaterdag niet willen afwachten.

Pau was al de aankomstplaats van de etappe voor de rustdag, meer over deze stad in de voorbeschouwing op etappe 16.

Het honderdjarige jubileum van de Pyreneeën in de Tour wordt afgesloten op de meest beklommen en waarschijnlijk meest legendarische "wielerberg" die dit gebergte te bieden heeft: de Col du Tourmalet. Deze 2.115 meter hoge bergpas ligt op de flanken van de 2.877 meter hoge berg "Pic du Midi de Bigorre".


Tourmalet

De bergpas kreeg bekendheid in 1655 toen Madame de Maintenon (maîtresse van koning Louis XIV) over het geitenpad waar alleen herders kwamen moest reizen, omdat de weg door het dal geblokkeerd was door overstromingen. De eerste serieuze weg werd aangelegd van 1859 tot 1864 om de warmwaterbronnen van de kuuroorden te kunnen bereiken. In 1878 werd er bij de top van de Pic du Midi een observatorium gebouwd.
Het skioord La Mongie ligt enkele kilometers onder de top, het werd in 1945 geopend en is het centrum van het skigebied "Domaine du Tourmalet" dat het grootste skigebied van de Pyreneeën is met 43 liften en 69 pistes met een gezamenlijke lengte van 100km.

In 1902 werd er voor het eerst een wielerkoers georganiseerd op de Tourmalet, een eendagskoers van Tarbes naar Tarbes over 215 kilometer. De Fransman Jean Fischer (winnaar van Paris-Tours in 1901) kwam als eerste boven, maar hij werd tweede achter de Italiaan Rodolfo Muller (4e Tour de France 1903). De klim werd honderd jaar geleden voor het eerst in de Tour parcours opgenomen en de deze dagen al vaker genoemde Octave Lapize (van wie er een standbeeld staat op de berg) kwam als eerste boven. Sindsdien zijn hier vele legendes geschreven, zoals die van Eugène Christophe die in 1913 zijn voorvork brak, 15km moest lopen naar Sainte-Marie-de-Campan en daar in de smederij zijn eigen fiets moest repareren omdat hulp destijds verboden was.


Standbeeld van Octave Lapize

De top van de Tourmalet was alleen in 1974 het decor van een aankomst in de Ronde van Frankrijk, de Fransman Jean-Pierre Danguillaume kwam als eerste boven. Er zijn verder ook drie aankomsten geweest op La Mongie: Bernard Thevenet (1970), Lance Armstrong (2002) en Ivan Basso (2004) hebben gewonnen in dit skioord.




De eerste 46.5km van de dag zijn met een klimmetje van de vierde categorie en een tussensprint gemaakt om de vroege kopgroep te formeren en wellicht wat sprinters de kans te geven om nog punten te sprokkelen voor de groene trui.

De Col de Marie-Blanque (1035m hoog, 9.3km á 7.6%) is een berg van de eerste categorie. Het begint met veredeld vals plat, maar wordt steeds een beetje steiler tot de verschrikkelijk steile laatste vier kilometers met percentages waar zelfs veel Italiaanse bergen niet aan kunnen tippen: gemiddeld 11.5% en maximaal 15.4%. Het is echter nog bijna 120km tot de finish en na de afdaling volgt een lang vlak stuk tot de volgende klim.
Het is de twaalfde keer dat men over de Marie-Blanque rijdt, de eerste man die hier bovenkwam was de Belg Michel Pollentier (1978), hij werd opgevolgd door o.a. de Spanjaard Pedro Delgado (1986), Colombiaan Luis Herrera (1987), Fransman Richard Virenque (1992) en als laatste in 2007 weer een Colombiaan: Mauricio Soler.



Na ruim 30km door de vallei komen de renners weer een klim van de eerste categorie tegen, de Col du Soulor (1474m hoog, 11.9km á 7.8%). De Soulor is weer een steile klim met percentages van 7 á 8% en ongeveer halverwege een drietal zeer steile kilometers van rond de 9% met korte stukken ver boven de 10%.
Deze berg is vaak als onderdeel van de Aubisque beklommen, zo ook afgelopen dinsdag, waardoor hij officieel "slechts" 13x beklommen is in de Tour. De Fransman René Vietto (1934) als eerste en via o.a. de Spanjaard Federico Bahamontes (1958), Belg Lucien van Impe (1975), Ier Stephen Roche (1985) en Rus Pavel Tonkov (1999) was de Spanjaard Javier Otxoa in 2000 de laatste die hier de bergpunten opraapte.



De Col du Tourmalet (2115m hoog, 18.6km á 7.5%) is de hoogste en misschien wel zwaarste berg van de ronde, het is ook de enige keer in deze Tour dat de aankomst bovenop een klim van de buitencategorie is getekend. De beklimming begint vrij rustig, maar na 3km wordt het op één minder lastige kilometer na voortdurend steil met percentages van 7/8/9 %. Het venijn zit hem in de staart met een loodzware slotkilometer en stukken van boven de 10%.

De Tourmalet 74x beklommen in de Tour en daarmee de meest beklommen berg van de ronde. Octave Lapize was in 1910 de eerste die hier boven kwam en afgelopen dinsdag waren de meeste bergpunten voor Christophe Moreau. Er is nog nooit een Nederlander geweest die als eerste de top bereikte.
De Spanjaarden Federico Bahamontes (1954, 1962 & 1963), Julio Jimenez (1964, 1965 & 1967) en de Belg Lucien van Impe (1971, 1975 & 1977) staan drie keer op de erelijst. Richard Virenque (1994, 2x 1995) ook, al was dat één keer in de Vuelta die hier in 1992 en 1995 kwam.

1 opmerking:

  1. Vandaag ligt al je informatie weer naast me als ik naar de TdF ligt te kijken. Dank je wel voor al
    je moeite.


    Groetjes, Anke

    BeantwoordenVerwijderen