De Tour is een week oud en eindelijk komen de eerste bergen in zicht, de strijd tussen de groten begint waarschijnlijk pas morgen in de Alpen, maar eerst is er nog een etappe door het Jura middelgebergte waar waarschijnlijk de avonturiers hun gang kunnen gaan.
Tournus is een plaats met ruim 6.000 inwoners in het departement Saône-et-Loire en de regio Bourgogne. Het ligt aan de rivier de Saône en de beroemde Autoroute du Soleil, precies tussen Dijon en Lyon.
De abdijkerk van Saint-Philibert
Het plaatsje werd in 175 gesticht als Romeins legerkamp en was van weinig belang, tot in 875 de overblijfselen van Saint Philibert werden overgebracht naar de lokale abdij. De oorspronkelijke rustplaats van de in 685 overleden heilige (het eilandje Noirmoutier) werd bedreigd door de Vikingen. In de 11e eeuw werd een nieuwe abdij/kerk gebouwd, de Romaanse Église abbatiale Saint-Philibert is hét gezicht van Tournus en een nationaal monument. In 1814 waren er in en rond Tournus hevige gevechten tussen Franse en Oostenrijkse troepen, ondanks de steun van de lokale bevolking verloren de Fransen en Tournus werd korte tijd bezet door Oostenrijk. De gemeente werd, nadat Napoleon terugkeerde van Elba, onderscheiden met de Légion d'honneur voor getoonde moed en loyaliteit.
Tournus is tegenwoordig een agrarisch dorp dat vooral leeft van de wijnbouw. Er komen geen beroemde personen of wielrenners vandaan en de Tour de France is hier ook nog niet eerder geweest, al was het vorig jaar wel de startplaats van de derde etappe in de Dauphiné Libéré die door Niki Terpstra gewonnen werd.
De aankomstplaats is het skistation "Station des Rousses" in het Jura gebergte op de Frans-Zwitserse grens. Het Franse deel ligt in de gemeente Les Rousses waar ruim 3.000 mensen wonen (met het Zwitserse deel er bij ruim 6.000), het behoort tot het departement Jura en de regio Franche-Comté en ligt zo'n 35km ten noorden van Genève.
Station des Rousses
Het dorp Les Rousses is in de 16e eeuw ontstaan als agrarisch dorpje met als belangrijkste producten fruit en kaas, later werden er ook o.a. klokken, horloges en brillen geproduceerd. In 1843 werd er een groot militair fort gebouwd ter bescherming van de grens. Het was met 1.150 meter boven zeeniveau lange tijd het op één na hoogst gelegen militaire fort van Frankrijk, maar verloor in 1997 haar militaire functie. Het fort wordt tegenwoordig gebruikt door het kaasbedrijf Arnaud en de brillenfabrikant Comotec.
In de vorige eeuw kwam ook het toerisme sterk in opkomst en vooral in de jaren '70 groeide het skistation aan beide kante van de grens uit tot één van de grootste in het Jura gebergte met 220km aan skipistes en 40 skiliften. Het is vooral in trek bij langlaufers, zo worden hier regelmatig wedstrijden georganiseerd en woont hier ook de Olympisch kampioen op de Noordse Combinatie (schansspringen + langlaufen) van Vancouver. De in Amerika geboren, maar hier opgegroeide Fransman Jason Lamy-Chappuis pakte het goud in een spectaculaire sprint met slechts 0.4 seconde voorsprong op de nummer twee.
Bekende wielrenners komen hier niet vandaan en het is pas de eerste keer dat de Tour hier aankomt. Les Rousses ligt echter wel op de weg naar de Col de la Faucille die tientallen keren is beklommen sinds 1911, zo kwamen grote namen als de Fransman Henri Pélissier (1914), de Italianen Ottavio Bottecchia (1925) en Gino Bartali (1938, 1951), de Spanjaard Federico Bahamontes (1954, 1958) en de Belg Lucien van Impe (1972) hier ooit als eerste boven. De laatste keer dat men over de Faucille reed was in 2004, de Spanjaard Juan Miguel Mercado pakte de bergpunten en won ook de rit door zijn landgenoot José Vicente Garcia Acosta te verslaan in de sprint.
De eerste 45km zijn nog vlak, maar de rest van de rit is het continu op en af, al stellen de eerste vier klimmetjes van de dag (2x 3e categorie, 1x 4e categorie en 1x 2e categorie) nog niet al te veel voor al kan de strijd om de bolletjestrui hier wel beginnen. Het venijn zit hem echter in de staart met nog eens twee beklimmingen van de tweede categorie. De Col de la Croix de la Serra (1.094m hoog, 15.7km á 4.3%) en de slotklim de Côte de Lamoura (1.168m hoog, 14km á 5%) hebben de lengte van een serieuze col, maar het stijgingspercentage valt erg mee dus we hoeven nog geen grote verschillen tussen de toppers te verwachten, bovendien volgen na de top van de Lamoura nog vier vrijwel vlakke kilometers richting de finish.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten