zaterdag 28 mei 2011

Etappe 20: Verbania - Sestriere (242km)

Het peloton krijgt een dag voor de afsluitende tijdrit in Milano nog een lange bergetappe voor de kiezen met voor het eerst sinds 2005 de nu al legendarische Colle delle Finestre in het parcours. Het deels onverharde monster zette in 2005 de Giro op zijn kop, dat zal nu niet gebeuren met Contador stevig in het roze, maar een spektakelstuk wordt het zeker.

Verbania is met 31.000 inwoners de hoofdstad van de provincie Verbano-Cusio-Ossola (163k) en regio Piemonte (4.4m). Het ligt aan de westoever van het Lago Maggiore.


Verbania

De stad is pas in 1939 gesticht als fusie van de stadjes Intra en Pallanza en is vernoemd naar het Lago Maggiore dat ook wel Verbano wordt genoemd. De stad leeft vooral van het toerisme dat op het Lago Maggiore af komt, ook is er wat chemische industrie en wordt er o.a. nylon en azijnzuur geproduceerd door het lokale bedrijf Acetati. De voetbalclub Società Sportiva Verbania Calcio speelt in de regionale amateurcompetitie. De provincie Verbano-Cusio-Ossola bestaat pas sinds 1992 toen het zich afscheidde van Novara. Verbano is zoals gezegd een andere naam voor het Lago Maggiore, Cusio is een andere naam voor het Lago d'Orta en Ossola is een vallei in de provincie.

De bekendste "Verbanesi " zijn de militair Luigi Cadorna (opperbevelhebber Italiaanse strijdkrachten in de Eerste Wereldoorlog) en kanoër Beniamino Bonomi (goud OS 2000 en WK 1995 K2 1000m, ook 3x zilver OS en 6x zilver WK).

Het is de derde keer dat de Giro hier komt. In 1952 won de Zwitser Fritz Schär hier en ging de volgende (slot)rit naar Milano waar Antonio Bevilacqua de winst pakte. Franco Chioccioli mocht hier in 1993 het zegegebaar maken, terwijl Mario Cipollini een dag later de etappe naar Vigevano won.


Sestriere

Sestriere (Frans: Sestrières) is een skioord met amper 900 vaste inwoners, maar tijdens het hoogseizoen verblijven er ruim 20.000 mensen. Het ligt in de Piemontese provincie Torino (2.3m), hemelsbreed zo'n 65km ten zuidwesten van Torino en 10km ten oosten van de Franse grens.

Het heeft net als de startplaats van vandaag weinig historie, het is pas in 1934 gesticht door de gehuchten Sauze en Champlas van hun oorspronkelijke gemeente af te scheiden om deze nieuwe gemeente te vormen. Sestriere is vernoemd naar de Colle delle Sestriere, het plateau waar het op is gebouwd.

De reden om deze plaats te stichten was om er een wintersportoord van te maken, met name de Agnelli familie van FIAT investeerde veel geld om het uit de grond te stampen en hotels, skipistes, de hoogst gelegen 18-holes golfbaan van Europa en andere voorzieningen werden aangelegd. Het doel is geslaagd, want Sestriere is uitgegroeid tot één van de belangrijkste skioorden van noordwest Italië. Het maakt deel uit van de Via Lattea, acht skioorden (waarvan één in Frankrijk) in de streek die samen 400km aan pistes hebben. Sestriere organiseert vele skiwedstrijden, waaronder een jaarlijkse World Cup, het WK 1997 en ook de skionderdelen op de Olympische Winterspelen van 2006 werden hier afgewerkt.


Sestriere

Sestriere is voor de zesde keer aankomstplaats in de Ronde van Italië met ritzeges voor de Spanjaarden Eduardo Chozas (1991) en Miguel Indurain (1993, klimtijdrit), de Zwitser Pascal Richard (1994), de Tsjech Jan Hruska (2000, klimtijdrit) en als laatste de Venezuelaan José Rujano (2005) in de legendarische eerste etappe over de Colle delle Finestre.

Giro d'Italia 2005 - etappe 19
Rujano reed samen met Gilberto Simoni en Danilo di Luca weg op de Finestre, waardoor klassementsleider Paolo Savoldelli in de problemen kwam en zowel Simoni als Rujano uitzicht kregen op de roze trui. Savoldelli wist met een kenmerkende afdaling en veel steun van andere renners de schade op de slotklim te beperken en zijn eindzege veilig te stellen. Rujano loste in de slotfase de moegestreden Simoni, terwijl di Luca al eerder was afgehaakt. Savoldelli won een dag later de ronde met slechts 28 seconden voorsprong op Simoni en 45 seconden op Rujano.


Di Luca, Simoni en Rujano op de Finestre in 2005

1 Jose' Rujano Guillen (Ven) Selle Italia-Colombia 5.49.30 (32.618 km/h)
2 Gilberto Simoni (Ita) Lampre-Caffita 0.26
3 Danilo Di Luca (Ita) Liquigas-Bianchi 1.37
4 Juan Manuel Garate (Spa) Saunier Duval-Prodir 1.53
5 Wim Van Huffel (Bel) Davitamon-Lotto 1.55
6 Serguei Gonchar (Ukr) Domina Vacanze
7 Paolo Savoldelli (Ita) Discovery Channel-Pro Cycling Team
8 Tadej Valjavec (Slo) Phonak Hearing Systems
9 Mauricio Alberto Ardila Cano (Col) Davitamon-Lotto 2.38
10 Emanuele Sella (Ita) Ceramica Panaria-Navigare 5.07

In de Tour de France zijn er ook vier aankomsten in het skioord geweest en telkens won een grote naam: Fausto Coppi (1952), Claudio Chiappucci (1992), Bjarne Riis (1996) en Lance Armstrong (1999). De zege van Chiappucci in 1992 is één van de meest legendarische ritzeges in de recente geschiedenis, hij pakte uit met een gigantische solo over vijf cols en zorgde voor een gigantisch slagveld in de achtergrond. Het was ook twee keer startplaats in de Tour (nooit in de Giro), in 1952 won de Nederlander Jan Nolten een etappe naar Monaco en in 1999 ging de rit naar Alpe d'Huez waar Giuseppe Guerini (ondanks val door fotograaf) de rit op zijn naamschreef.

Sestriere is dit jaar ook opgenomen in het parcours van de Tour de France, in de 17e etappe klimt men vanuit Cesena Torinese naar het skioord, al ligt de aankomst na een lange afdaling in Pinerolo.




De eerste 195km van deze lange etappe zijn zo goed als vlak en lopen door de provincies Verbano-Cusio-Ossola, Novara, Vercelli en Torino. Het peloton keert na 144.1km zelfs terug in de Piemontese hoofdstad Torino waar het drie weken geleden allemaal begon. Hierna begint de weg heel langzaam te stijgen tot in Susa de laatste grote klim van deze ronde begint.

De Colle delle Finestre (2178m|18.5km|9.2% gem. en 14% max.) is op zich al een verschrikkelijk zware klim met percentages die voortdurend rond de 9% schommelen en in het begin zelfs ver boven de 10% uitstijgen. De laatste 7.8km zijn dan ook nog eens over het onverharde sterrato.




De smalle (wel geasfalteerde) afdaling van 11.2km á 6.9% brengt de renners naar de voet van de klim naar Sestriere (2035m|16.2km|3.8% gem. en 9%), deze is vanaf deze zijde niet zo lastig en doet een beetje denken aan de slotklim van gisteren. Een lang stuk veredeld vals plat (1.9% over de eerste 7km) en hierna overwegend een procent of 5/6.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten